Belastingplan 2023

Belastingplan 2023

Overdrachtsbelasting

Verhoging algemene tarief
Uit het Belastingplan 2023 volgt dat de algemene overdrachtsbelasting per 1 januari 2023 wordt verhoogd van 8% naar 10,4%. Het verlaagde tarief van 2% voor de verkrijging van woningen die voldoen aan het hoofdverblijfcriterium blijft ongewijzigd. Dit geldt eveneens voor het tarief van 0% bij de startersvrijstelling. Wil men nog dit jaar gebruik maken van het tarief van 8%, dan moet het transport voor 1 januari 2023 plaatsvinden. Verkrijgt men een woning welke niet als hoofdverblijf dient, dan wordt deze verkrijging per 1 januari 2023 belast tegen 10,4 %. Dit tarief geldt ook voor overig vastgoed, tenzij er sprake is van een met BTW belaste levering.

Indexatie maximale woningwaarde bij de startersvrijstelling
Ook volgt uit het Belastingplan 2023 dat de woningwaardegrens bij de
startersvrijstelling op 1 januari 2023 wordt verhoogd van €400.000 naar €440.000.
Huizenkopers tussen 18 en 35 jaar betalen tot deze grens onder voorwaarden geen overdrachtsbelasting voor een woning. Wil men gebruik maken van de verhoging, dan moet het transport na 31 december 2022 plaatsvinden. Het moment van het ondertekenen van de koopovereenkomst is daarbij niet van belang.

Schenkbelasting

Uit het Belastingplan 2023 blijkt dat het kabinet de schenkingsvrijstelling voor de eigen woning (ook wel de jubelton genoemd) per 1 januari 2023 verlaagt tot € 28.947 en deze per 1 januari 2024 volledig afschaft.

Verhoogde schenkingsvrijstelling
Op basis van de huidige regelgeving (2022) kan een persoon tussen de 18 en 40 jaar eenmaal in zijn of haar leven per schenker een beroep doen op een verhoogde schenkingsvrijstelling van maximaal € 106.671 te gebruiken voor een eigen woning.
Deze vrijstelling geldt voor één kalenderjaar en is een verhoging van de jaarlijkse vrijstelling. De vrijstelling geldt zowel voor giften in de relatie ouderkind als voor giften tussen derden.

Schenking eigen woning

De schenking voor de eigen woning kan daarnaast vanaf 2023 niet meer verspreid plaatsvinden. Ook zijn schenkingen die in 2022 gedaan worden, beperkt tot verspreiding over maximaal twee jaren. Concreet betekent dit dat bij een schenking in 2022 het onbenut gebleven deel van de vrijstelling van € 106.671 nog kan worden benut voor een
schenking in 2023, maar niet meer voor een schenking in 2024. Wel blijft het mogelijk om schenkingen die in 2022 zijn ontvangen ten behoeve van de eigen woning apart te houden en uiterlijk in 2024 te besteden (mits aan de overige voorwaarden is voldaan).

Eenmalige schenking
Ouders kunnen er ook voor kiezen om hun kind eenmalig een bedrag van € 27.231 (bedrag 2022) belastingvrij te schenken. Dit bedrag mag het kind dan vrij besteden. In 2023 wordt de schenkingsvrijstelling voor de eigen woning (jubelton) gelijk gesteld met het vrij te besteden schenkingsbedrag van 2023 (€ 28.947). Ouders kunnen dit bedrag
schenken voor de eigen woning, óf voor vrije besteding. Beide schenkingstellingen benutten kan dus niet.

Omdat deze bedragen in 2023 zijn gelijkgesteld is dit onderscheid in de praktijk niet meer van belang, en kunnen ouders in 2023 dus in het totaal voor € 28.947 aan een kind schenken.


NHGgrens

Vanaf 1 januari 2023 stijgt de NHGkostengrens voor woningen zonder
energiebesparende voorzieningen van € 355.000, naar € 405.000,. Voor woningen waarbij energiebesparende voorzieningen worden getroffen is de kostengrens 6% hoger, namelijk € 429.300,, in plaats van € 376.300, in 2022. De NHGpremie (ook wel de borgtochtprovisie) blijkt in 2023 gelijk aan het vastgestelde percentage in 2022: 0,6% over de hoogte van de hypotheek.

Bindend aanbod
De datum van het bindend aanbod is leidend voor NHG. Indien het bindend aanbod van de geldverstrekker is uitgebracht na 1 januari van een bepaald jaar, dan gelden de ‘Voorwaarden en Normen’ (en daarmee ook de kostengrens en de borgtochtprovisie) van het jaar van het bindende aanbod.

Dit kan betekenen dat een nieuwe kostengrens geldt voor een woning die men vòòr 1 januari heeft gekocht, maar waarbij het bindend aanbod ná 1 januari is uitgebracht.


Koopsom exclusief roerende zaken

Voor de koopsom geldt het bedrag exclusief roerende zaken. Als de koopsom € 410.000, bedraagt waarvan € 5.000, roerende zaken, dan gaat de NHG uit van de koopsom van € 405.000, (exclusief roerende zaken). Indien de geldverstrekker het bedrag dat voor de roerende zaken betaald wordt als realistisch beoordeelt, dan is NHG mogelijk. Zo niet, dan wordt de kostengrens overschreden en is NHG niet mogelijk.


Oversluiten ook onder de NHGgrens

De NHGkostengrens geldt zowel voor aankopen als oversluiten. Het oversluiten van een lening zonder NHG naar een hypotheek met NHG is niet mogelijk als de woningwaarde boven de kostengrens ligt.


NHGpremie in 2023 blijft gelijk; 0,6%

Een koper betaalt voor een hypotheek met NHG eenmalig een NHGpremie, de zogenaamde borgtochtprovisie. Deze borgtochtprovisie betaalt de consument via de geldverstrekker aan NHG zodra de hypotheek wordt afgesloten. De borgtochtprovisie voor een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie (‘NHG premie’) blijft in 2023 gelijk en betreft 0,6% over de hoogte van de hypotheek.


Loskoppelen NHG en betaalbaarheidsgrens

Het kabinet wil tot en met 2030 900.000 woningen realiseren waarvan twee derde betaalbaar. Op dit moment geldt daarbij de NHGgrens als uiterste grens voor wat een betaalbare koopwoning is. Door de sterke stijging van de NHGgrens zijn woningen met die prijs voor minder mensen betaalbaar, omdat de inkomens het afgelopen jaar relatief
minder zijn gestegen dan de NHGgrens. Daarom gaat het kabinet de grens voor wat betaalbare koopwoningen zijn loskoppelen van de NHGgrens. Voor de regionale
woondeals die eind dit jaar en begin volgend jaar worden vastgesteld wordt, conform het programma Woningbouw, de huidige NHGgrens van € 355.000 gehanteerd als betaalbaarheidsgrens. Deze verandert dus niet door verhoging van de kostengrens naar
€ 405.000.


Hypotheekrenteaftrek


De hypotheekrenteaftrek daalt van 40% naar 37,05% in 2023. De beperking treft alleen huiseigenaren die in de hoogste belastingschijf zitten. Sinds 2017 daalt het maximale belastingtarief waartegen hypotheekrente kan worden afgetrokken. Het percentage wordt stapsgewijs verlaagd van 52% naar 37,05%. Voorheen daalde dit tarief met 0,5% per jaar. Vanaf 2020 wordt het versneld afgebouwd met 3% per jaar. Vanaf 2023 is dan het tarief van 37,05% bereikt.

Hillen-aftrek daalt naar 83,34% in 2023
De aftrekpost vanwege geen of geringe eigenwoningschuld (Hillen-aftrek) daalt met 3⅓ % per jaar. In 2023 daalt de Hillen-aftrek van 86,67% naar 83,34%. De Wet Hillen geeft recht op een extra aftrekpost als je eigenwoningforfait hoger is dan de aftrekbare kosten eigen woning. In 2018 heeft het kabinet besloten om de Hillen-aftrek in 30 jaar af te schaffen, in stappen van 3⅓% per jaar. Vanaf 1 januari 2048 vervalt de aftrek helemaal. Zie hier voor meer informatie over de Hillen-aftrek.

Inkomen partner telt volledig mee in 2023
In 2022 werd bij het bepalen van het financieringslastpercentage bij tweeverdieners het inkomen van de minst verdienende partner voor 90% meegeteld. De minister van financiën heeft op 13 juli 2022 de ‘wijzigingsregeling hypothecair krediet 2023’ ter internetconsultatie aangeboden. Deze regeling zorgt voor een wijziging van de ‘Tijdelijke regeling hypothecair krediet’, als gevolg waarvan het financieringslastpercentage in 2023 zal worden bepaald op basis van het gezamenlijke toetsingsinkomen. De internetconsultatie is op 29 augustus 2023 geëindigd en op 3 november 2022 is de wijzigingsregeling bekendgemaakt. Dat betekent dat de wijziging op 1 januari 2023 definitief in werking zal treden.

Onze klantbeoordelingen

Wij worden door onze klanten beoordeeld met een gemiddelde van een 9.2